Zeven zoeker naar de Tao
Een klassieke Chinese vertelling
Vertaald door
Eva Wong
Uitgeverij Ankh-Hermes, 1993
Tijdens de Ming-dynastie (1368-1644) kwam de roman als literaire vorm in zwang en werd hij het ideale middel
om de abstracte en esoterische leringen van het taoïsme en boeddhisme op een ook voor het grote publiek
toegankelijke wijze naar buiten te brengen.
De auteur van deze uit de 16e eeuw daterende roman is onbekend maar men vermoedt dat het boek is ontstaan uit
verschillende verhalen die op hun beurt weer voortkwamen uit de heldenliederen van de Mongools Yüan-beschaving.
Zeven zoekers naar de Tao (naar de Engelse vertaling uit het Chinees van Eva Wong) beschrijft de belevenissen
van Wang Ch´uan-yang en zijn zeven volgelingen in hun zoektocht naar de Tao, hun streven naar veredeling en
uiteindelijke verlichting. Bij hun taoïstische training worden de zoekers steeds weer geconfronteerd met
obstakels, zoals dronkenschap, seksuele verlangens, overvloed en woede. Uiteindelijk slagen ze erin deze
beletselen te overstijgen en bereiken ze na vele omzwervingen het ´Hemelse Paradijs´.
De illustratie aan de voorzijde van
het omslag wordt toegeschreven
aan Mu-ch´i (inkt op papier)
(Bovenstaande tekst komt van de achterkant van het boek)