Archeologie van Friesland
Jurjen M. Bos
Uitgeverij Matrijs, 1995
Als een der eersten heeft de Romeinse geschiedschrijver
Tacitus melding gemaakt van de Friezen. Sinds de
nederlaag die zij de Romeinen in 28 na Christus toebrachten,
´schittert hun naam aan het firmament der
Germanen´, zo constateert hij. En ook nadien hebben
antieke en middeleeuwse kroniekschrijvers het Friese
volk met achting genoemd.
Over de vraag wie de Friezen dan wel waren, waar
ze vandaan kwamen en hoe ze hebben geleefd, bestaat
voor de periode tot 1300 echter onthutsend veel
onduidelijkheid. Mythen over Friese koningen,
rendierjagers, handelaren en kolonisten zijn er genoeg.
Maar wie zich in alle nuchterheid afvraagt wat daarvan
waar is, stuit op tal van problemen.
In dit breed opgezette boek probeert Juijen Bos
waarheid van verdichting te scheiden, op basis van,
oude en nieuwe archeologische vondsten én gezond
verstand. Hij slaagt er op die manier in een overtuigend
beeld te schetsen van het oudste Friese verleden
- van de steentijd, toen de eerste mensen Friese
bodem betraden, tot de moderne tijd, wanneer het
beeld dankzij schriftelijke bronnen een stuk
helderder wordt.
Dr. Jurjen Bos is provinciaal archeoloog van Friesland,
werkzaam bij de vakgroep archeologie van de Rijksuniversiteit
Groningen en een van de leiders van het terpenonderzoek
bij Wijnaldum.
(Bovenstaande tekst komt van de achterkant van het boek)